Diagnose decubitus: klinische kenmerken
Locatie
Decubitus ontwikkelt zich voornamelijk boven een beenderige structuur, is afgelijnd en beperkt zich meestal tot één plaats (NPUAP et al.,2014). In sommige gevallen kan sprake zijn van een bilateraal letsel, bijvoorbeeld twee hielen.
Opmerking: decubitus kan ook voorkomen door gebruik van medische hulpmiddelen op plaatsen waar lokaal druk wordt uitgeoefend op zachte weefsels. Dit kan ontstaan door bijvoorbeeld een urinaire katheter of een neusbril voor het toedienen van zuurstof (NPUAP et al.,2014).
Klinisch beeld
Het klinisch beeld van decubitus kan variëren. Het gaat meestal om een scherp afgelijnd, min of meer circulair letsel. Onregelmatige wondvormen worden eerder gezien bij IAD of een gecombineerd letsel (decubitus + IAD).
Decubitus kan volgens de uitgebreidheid van de weefselbeschadiging onderverdeeld worden in verschillende categorieën. Er bestaan veel classificaties van decubitus, maar sommige zijn zo uitgebreid dat de bruikbaarheid eerder beperkt is.
In deze context wordt geopteerd voor de indeling volgens de European Pressure Ulcer Advisory Panel. Hierbij is het belangrijk dat de categorieën beschouwd worden als verschijningsvormen van decubitus en niet als fasen die elkaar opvolgen (NPUAP et al.,2014).
Niet-wegdrukbare roodheid
Een correct onderscheid kunnen maken tussen niet-wegdrukbare en wegdrukbare roodheid is erg belangrijk in het kader van risicobepaling en het bijkomend opstarten van preventieve maatregelen:
Wegdrukbare roodheid is een normale fysiologische reactie na een periode van drukbelasting. Klinisch is het zichtbaar als een afgelijnde rode zone die bij druk wit wordt.
Niet- wegdrukbare roodheid is de klinische uiting van schade ten gevolge van drukbelasting. Deze schade doet zich vooral voor ter hoogte van de bloedvaten van de dermis (NPUAP et al.,2014). Klinisch is niet-wegdrukbare roodheid te zien als een rode zone die niet wit gedrukt kan worden.
Om het onderscheid te kunnen maken tussen wegdrukbare roodheid en niet-wegdrukbare roodheid kan gebruik gemaakt worden van de vingerdrukmethode of van het drukglaasje.
Vingerdrukmethode: met de vinger of de duim wordt voorzichtig druk uitgeoefend op de rode huidvlek (figuur 2). Wanneer deze wit gedrukt kan worden, is de microcirculatie intact gebleven en is er geen teken van weefselschade. Observeren of de roodheid al dan niet kan worden weggedrukt, kan bemoeilijkt worden door een snelle capillaire refill (vulling van de haarvaten). Wanneer dit het geval is, kan het gebruik van een drukglaasje nuttig zijn.
Drukglaasje: een drukglaasje is een doorzichtig schijfje. Het schijfje bestaat uit glas of transparant plastiek met een diameter van ongeveer 5 cm (figuur 3). Met het drukglaasje kan druk worden uitgeoefend op de huid en kan er tezelfdertijd geobserveerd worden of de huid bij druk wit wordt of niet.
Wanneer niet-wegdrukbare roodheid wordt geobserveerd, dienen (bijkomende) preventieve maatregelen te worden opgestart. Gebruik geen ondoorzichtige zalven, verbanden of folies omdat dit de verdere observatie kan bemoeilijken en de druk- en schuifkrachten net negatief kunnen beïnvloeden.
Figuur 2
Figuur 3