Deze module is opgebouwd uit vijf hoofdstukken: anatomie & fysiologie, pathofysiologie, wondclassificatie & -observatie, chronische wonden en acute wonden. Bij voorkeur doorloopt u deze hoofdstukken in chronologisch volgorde.

De huid is het grootste orgaan van het menselijk lichaam en vervult een essentiële rol in de bescherming en regulatie van het interne milieu. Anatomisch bestaat de huid uit drie hoofdlagen: de opperhuid (epidermis), de lederhuid (dermis) en het onderhuids bindweefsel (subcutis). Elk van deze lagen heeft specifieke functies en bevat gespecialiseerde cellen die samenwerken om de integriteit van de huid te waarborgen.

Wanneer de huid of onderliggend weefsel beschadigd raakt door trauma, infectie, of ziekte, wordt een complex genezingsproces in gang gezet. Dit proces verloopt in verschillende fasen: de ontstekingsfase, de proliferatiefase, en de remodelleringsfase. Elke fase kent specifieke biologische reacties die het herstel van het weefsel bevorderen, maar deze processen kunnen verstoord raken, wat leidt tot complexe of chronische wonden.

Lokale wondbehandeling speelt een cruciale rol in het genezingsproces van wonden. Een effectieve behandeling richt zich op het creëren van een optimale wondomgeving die de genezing bevordert en het risico op complicaties minimaliseert. De aanpak van de behandeling hangt af van verschillende factoren, waaronder de aard en de ernst van de wond, de algemene gezondheidstoestand van de patiënt en de aanwezigheid van eventuele onderliggende aandoeningen.

In dit hoofdstuk richten we ons enkel op de lokale wondbehandeling.